donderdag, oktober 04, 2007

Curonian Spit

Zo, tijd voor ons laatste verhaaltje over Litouwen. Aan het einde van onze twee weken vakantie zijn we met de bus naar Kleipeda geweest. Zegt u hoogst waarschijnlijk niets, maar is beter bekend als Memel, de hoofdstad van het Pruisische Rijk (iedereen die postzegels spaart, weet dat; niks nutteloze hobby dus!). Met de bus doe je daar zo'n 3.5 uur over. Helaas is er maar weinig over wat aan het rijke pruisische leven herinnert. Memel is de enige zeehaven aan de oostzee en die werd dus lekker platgegooid in WWII. Gelukkig zijn een paar van de typische vakwerkhuisjes bewaard gebleven (o.a. de Raiffaisenbank).

Bij de VVV hadden ze een hele gezellige papagaai. Kleppen dat dat beest deed! Maar zodra je dichterbij kwam, werd 'ie heel erg stil. Held op sokken dus. Je kunt hier aan de kust duidelijk merken dat er veel duitse touristen komen: men spreekt beter duits dan engels. Er was tevens een hele grote markt in de markthallen. Veel verse groente en fruit, paddestoelen, vis en vlees. Vooral de halve koeien en varkens die overal geslacht werden, was een hele belevenis.

Vanaf Memel gingen we met de boot (5 min.) naar Smilthyne op de Kurische Nehrung (Curonian Spit of Koerse Schoorwal). Dit is een landtong van ruim 90km lengte en nergens breeder dan 3km. Op de landtong zijn de hoogste duinen van Europa te vinden. Het grootste deel ligt in Litouwen, maar een klein deel ligt in de russische enclave Kaliningrad. Eenmaal op het eiland besloten we te gaan lopen naar het volgende dorpje Juodkranté (oftewel: Schwarzkranz). Het hele eiland is een natuurgebied en er rijden nauwelijks auto's. Je komt er in September bijna niemand tegen (behalve dan een oud vrouwtje dat in het litouws om de tijd vroeg en in ruil voor het antwoord haar appel met ons deelde! paddenstoelenverzamelaars en een heleboel hazelwormen!). Het zou volgens de kaart zo'n 16km wandelen zijn... Ja, niet dus: het werden er wel zo'n 25 met al die idylische slingerende wandelpaadjes. Doodop kwamen wij dan ook Schwarzkranz binnen strompelen. En daar vonden we na wat zoeken een heel leuk hotel voor een spotprijsje. Enig nadeel: het seizoen was voorbij en het enige eten wat je kon kopen kwam van een kiosk (of verse vis van de lokale bevolking; wordt alleen een beetje lastig klaarmaken op je hotelkamertje; en oostzee-sushi is aan mij niet besteed). Maar goed, wittebrood, salami en een plak chocolade voor toe, is ook helemaal niet verkeerd!

Tijdens het douchen werd je bijna vergast door de stank van het water; heel veel zwavel. En tijdens het ontbijt kwamen we met een groepje nederlandse managers in contact die een cursus work-life-balance aan het volgen waren. Schitterend: betalen zich een breuk om van de therapeut te horen te krijgen dat je in het leven moet kiezen en dat je niet alles kunt doen. Nou, dat advies had ik ze gratis gegeven! Waren ze natuurlijk wel al het natuurschoon van de Curonian Spit misgelopen....

Na het ontbijt hebben wij onze tassen gepakt en zijn op de bus naar Nida gestapt. Dat is de grootste badplaats en is zeer touristisch (vooral heel veel Duitsers). Aan het eind van het dorp begint de hoogste duin van Europa: Parnidis van zo'n 52 m. Heel erg mooi! En van boven kun je de russische enclave zien liggen. We zijn ook nog even naar het grenshek gelopen. Zonder visa kom je er echter niet in. En het ouwe Königsberg schijnt ook niet de moeite waard te zijn nadat de Sovjets het gepimpt hebben. Dichtbij de grens schijnt ook nog een gevangenenkamp voor franse soldaten van de Ruslandveldtocht van Napoleon te hebben gezeten. Natuurlijk geen infobordje verder te bekennen.
Terug van het duin zijn we vis wezen eten in een typisch litouws restaurant. We hebben er ruim een uur op moeten wachten, want landgenoten gaan natuurlijk voor... Na het eten hebben we nog het museum bezocht alwaar een interresante manier van kraaienvangen op foto's was vastgelegd... En toen was het tijd om weer richting Kaunas te vertrekken. Dit was met afstand het mooiste uitje van onze vakantie!

Geen opmerkingen: