vrijdag, oktober 24, 2008

Nacht in de woestijn (zaterdag, 04.10.2008)

Vandaag was dierendag. Ik vrees alleen dat de vliegen die ons gezelschap hielden daar niet veel van gemerkt hebben. Jessica wilde hen wel een strikje om doen maar die dan wel krachtig aantrekken. De nacht was erg onrustig geweest. Een stevige wind had de Rotel op zijn gevederde grondvesten doen schudden. Ik moet echter zeggen van het schudden weinig gemerkt te hebben. Het was gisteravond behoorlijk laat geworden en ik ben op de kussens op de bank van de overdekte zitgelegenheid van de camping in slaap gevallen. Iets wat Jessica begrijpelijkerwijs niet echt leuk vond.

We mochten heel lang uitslapen, het ontbijt was pas om 8:30. Er zou vandaag een facultatief uitstapje zijn, namelijk het bekijken van koraal op een bootje met een glazen bodem. Wij hadden ons niet opgegeven aangezien wij die boottocht toentertijd in Egypte al gemaakt hadden. Er waren slechts een paar gegadigden, maar vanwege de stevige wind werd de vaart afgezegd. Er was niet veel te doen. Na het ontbijt zijn we een klein stukje langs het strand gaan wandelen dat zich aan de andere zijde van de weg bevond. Wat een troep lag daar: glas, plastic, een heleboel sigarettenpeuken en wat dies meer zij. Het lag door elkaar, deels in groepen en in los verband daartussen. Een paar BMO’s met echtgenoot en kinderen die aanzienlijk schaarser gekleed waren, liepen er ook. Tussendoor stonden weer van die strooien parasols zoals we die gisteren bij de Dode Zee ook gezien hadden, en waarop sommigen nauwelijks meer stro lag. Daaronder zaten her en der ook wat inheemsen. Wij zijn na een kleine kilometer omgedraaid en zijn ook een parasol gaan zoeken want het was goed warm geworden. Het zal weer ver over de 30 °C zijn geweest. Vele parasol-schaduw-plekken waren vervuild met houtskool van vuurtjes en dierenbot. Jordaniërs houden van picknicken.

Na een tijdje zagen we wat Rotelianen die moedig de baren wilden trotseren. Bij het omkleden hadden zij best wat bekijks. Wij zaten niet echt te wachten op zoveel bloot vet en vlees en zijn toen maar terug naar de camping gegaan. Daar zijn we op de (comfortabele) banken in de schaduw rond het zwembad gaan zitten. We hebben die morgen niets meer gedaan, daarvoor was het veel te warm. Met een fles water, Jessica met haar borduurwerk en ik met de reisgids van Jordanië hebben we naar de luide kwijlmuziek geluisterd die de heren, die de boel schoon hielden, telkens en telkens weer opzetten. Voorbij kwamen onder andere de lange live versie van Hotel California van de Eagles, Barbara Drijfzand’s Woman in love, Chris de Burgh’s Lady in red, de Engelse versie van Suzanne van V.O.F. de Kunst, enzovoorts enzovoorts. We kenden de CD’s aan het begin van de middag uit ons hoofd. Tussendoor werd het zwembad met een netje schoon gevist en gingen Rotelianen daar in zwemmen. Tegen die tijd kwamen ook de Rotelianen terug die waren wezen zwemmen in de Golf van Aqaba. Sommige waren ‘moedig’ in hun zwemkleding over straat gegaan. Niet echt handig in Jordanië lijkt me. En voor de rest? Drinken, lezen, luisteren, kijken, zweten. Wat vinden toeristen leuk aan een zeevakantie?

Het duurde lang tot we eindelijk om 13:30 de Rotel gingen afbreken. Daarna reden we naar Aqaba voor nog meer vrije tijd. Dat was waarschijnlijk omdat we voor 14:00 de camping moesten verlaten om te voorkomen dat we een dag extra moesten betalen. Aqaba is beslist een oude stad, maar het enige oude dat we hebben gezien was een fort uit de late Middeleeuwen of nog later. We reden er gewoon langs. We stopten ergens langs de hoofdweg en volgden als kuikens kloek Ahmad, die ons inkoopgelegenheden toonde. Eerst een zaakje waar je zand in flesjes kon kopen, daarna de groente- en fruitbazaar. Wij hebben 2 appels en 2 sinaasappels gekocht en 2 flesjes met een kunstmatig-echt vruchtensapje. Daarna zijn we naar de boulevard gegaan waar alleen inheemsen te zien waren en zooi in kraampjes kochten en verkochten. Het duurde even tot we een stukje muur in de schaduw zagen waar we konden zitten om onze verworvenheden te nuttigen. Vervolgens zijn we naar een bank gegaan om te kijken of we niet eens wat muntgeld konden krijgen. Met uitzondering van de kunstmatig-echte-vruchtendrank-verkoper hebben we nergens muntgeld teruggekregen. Ook bij de bank kregen we niets; de bank was gesloten. Daarna zijn we op zoek gegaan naar een restaurantje om koffie te drinken en kort daarop was het tijd om de bus op te zoeken.

Om 16:00 uur begon de dag zo te zeggen dus pas. Vandaag zouden we in Wadi Rum overnachten. Via hoofdweg, zijweg en nog smallere geasfalteerde wegen reden we naar en in het nationale park. Na toegangskaartjes te hebben gehaald, reden we naar de campsite. Hier hadden we ons enorm op verheugd. In de Witte woestijn in Egypte was het heel mooi en rustig geweest. Dit hier was heel anders dan we verwacht hadden. Dit was een officiële kampeerplaats rond een rots met een heleboel vaste tenten en lemen hutjes. Er waren souvenirwinkels, toiletten en bedoeïenententen. En alles met lampjes die aangingen toen het donkerder werd. Tegelijk begon een generator te grommen. Dag stilte en donkerte. Gelukkig was het mogelijk om, verstopt achter de Rotel, de sterren te zien en de Melkweg. Het avondeten bestond uit piepers met een soort van roulade en meloen toe.

Omdat ik toch dolgraag sterretjes wilde zien in stilte, zijn we na het eten een stukje de woestijn in gelopen. Hier was de hemel echt goed te zien. Op onze rug liggend in het zand hebben we een paar vallende sterren gezien naast de enorme hoeveelheid Fixsterne aan het firmament, plus de planeet Jupiter. Plots werden we opgeschrikt door luid kabaal van een ingeblikte, kwelende Jordaniër die in één van de camps om de rots werd opgezet. Voorbij rust. We zijn dan ook maar terug naar ons kampement gegaan, waar een tweede reisbus met Zuid-Amerikanen of zo was gearriveerd. Die kregen in ons kamp te eten. Op de terugweg naar het kamp werden we op afstand gevolgd door Jessica’s vriendje, die haar sinds de eerste dag niet meer uit het oog heeft verloren. Dat begint nu toch wel een beetje irritant te worden.

Het kamp bestaat uit een grote ronde piste uit cement met een cementbank er omheen, bekleed met matrassen. In het midden van de piste zou een kampvuur kunnen branden maar omdat de inheemse kampeigenaren hiervoor gewoon een paar acacia’s omzagen, heeft Ahmad het kampvuur afgezegd. De muziek in het andere kamp was gelukkig na één kweelnummer opgehouden en het geluid bestond weer uit het vertrouwde grommen van de generator. Ahmad waarschuwde ons dat om 22:00 uur het licht uit zou gaan. Dat was goed nieuws! De Zeitangabe was Jordaans, dus de generator werd pas tegen 22:30 uitgeschakeld. Heerlijk, wat een rust. Helaas had de kamphouder een grote felle gaslamp in het midden aangestoken. Hierdoor was weer weinig van de sterrenhemel te zien. Wij zijn toen maar gaan slapen.

1 opmerking:

Jonkvrouwe zei

Ow wat zonde zeg!! Wij zijn echt, zonder bus, de woestijn in getrokken en hebben daar in een heel rustig kamp zonder generator overnacht. Zijn met jeeps daarheen gegaan. Was ontzettend mooi. Eerst zonsondergang, daarna lekker gegeten in het kamp (vlees en groente gegaard in een traditionele kuil-constructie in de grond) en alleen maar wat vuur en kleine gaslampjes (in het eetgedeelte van de tenten). Geen andere toeristen te zien dan alleen ons eigen groepje en wat lokalo's.